spinnen

spinnen

Spinnen zijn mijn lievelings dieren,
ze zijn ook handig voor de mens,
ze eten bijen, hommels, muggen, vliegen, kevers, enzovoort.
die vallen mensen lastig omdat ze hen steken.

Hoe ziet een spin eruit.

Een spinnenlijf bestaat uit twee delen.
Het voorlijf en het achterlijf.
Het voorlijf bezit een paar bijzonderheden.
het heeft:

-Een paar kaakvoelers om de prooi te grijpen.
-Een paar tangvormige klauwen om voedsel te verscheuren of om gif te spuiten.
-En vier paar poten.

De meeste spinnen hebben vier paar enkelvoudige ogen en zien slecht, grotspinnen
die altijd in het donker leven hebben soms helemaal geen ogen.
Sommige springspinnen zien bijna net zo goed als een mens,zelfs kleuren.
Dat is om voor de sprong de afstand te kunnen inschatten.
Aan het achterlijf zitten de klieren om de zijde van het web te maken.
De klieren bevinden zich in vingervormige spintepels.
De zijde-vloeistof maakt harde sterke draden om:

Hoeveel soorten spinnen zijn er in Nederland?

In Nederland,weet ik het niet, maar in Europa zijn er 582 soorten.
In Nederland komen geen spinnen voor die gevaar lijk zijn voor de mens.

Wat eet een spin?
Spinnen eten graspollen, nectar, insecten, hagedissen, kleine vogels, muizen en
vleermuizen, andere spinnen en zelfs hun eigen web.
de vijanden van de spin zijn: wespen, wormen, duizendpoten, andere spinnen en
zelfs schimmels zijn hun vijand.

Hoe eet de spin een prooi?

Met het web vangt de spin dus zijn prooi.
Als de prooi, bijvoorbeeld een mug, vast zit aan de kleverige draden van het web,voelt de spin dit aan het trillen van de draden van het web.
(dat verklaart waarom de spin die een web bouwt niet goed hoeft te zien)
De spin gaat snel naar de prooi en wikkelt hem in spinrag.
Maar het is per spin verschillend.

Hoe weeft de spin zijn web?

De spin zit op een tak te wachten op de wind want dan waait de wind het spinnenrag naar een andere tak toe.
De spin maakt eerst de buitenkant van het web en dan de spaken.
Het web lijkt dan op een fietswiel.
Dan maakt de spin een spiraal.
Hij begint in het middenstuk en loopt rondjes.
Dan gaat de spin naar het midden en weeft een draad ertussen.
Een kleefdraad.
Daar blijft de prooi aan plakken.
De spin gaat maar door.
De vangspiraal groeit en de oude spiraal eet de spin op.
In het midden kleeft het web niet want daar zit de spin graag zelf.
Het web is klaar en de spin maakt een draad, naar een andere tak en daar wacht hij op een prooi.
Hij houd twee poten op de draad als deze draad trilt, weet de spin dat er een prooi in het web zit.
Als de spin in het midden van het web zit houdt hij altijd zijn kop naar beneden.

Ga naar mijn links pagina.
Ga site leren maken.
Home.